Gij hebt met uw brede gebaren (lied 765)

Categorie: Het Lutherse zondagslied in de liturgie
Publicatie in: Schiedams Kerknieuws
Datum: februari 2022

Artikel openen in groter venster Stuur dit artikel door Dit artikel afdrukken

Gij hebt met uw brede gebaren
de mensen gestrooid uit uw hand
en in de seizoenen der jaren
volmaakt Gij de oogst op uw land.
(Lied 765)

In de reeks over het Lutherse zondagslied zijn we aangekomen bij het zondagslied voor Sexagesima, de zestigste zondag voor Pasen, één van de drie zondagen van de ‘voorvasten’ (dit jaar op 20 februari). Op Sexagesima wordt van oudsher gelezen over het zaad, dat tot 100-voud vrucht draagt, het graan sterft om op te staan. Dit is één van de centrale thema’s waarmee Willem Barnard zich altijd heeft beziggehouden. Hij schreef er een aantal liederen over, waarvan er twee in het liedboek zijn opgenomen: lied 764 en 765.

Deze twee liederen behoren met lied 763 tot de trits van liederen van Willem Barnard die op dezelfde melodie wordt gezongen, liederen over ‘zaaien, maaien, oogsten, voleinding’. De dichter schreef daar zelf over: ‘Welk van de drie liederen het eerste is ontstaan weet ik niet meer precies. Maar in elk geval heeft hier het ene woord het andere uitgelokt. En zeker heeft ook de melodie op haar beurt woorden uitgelokt. Want het kan gebeuren, dat een tekst wordt getoonzet en dat vervolgens die muziek weer tot het zingen van een nieuwe tekst leidt! Al weet ik het niet zeker meer, ik denk dat het evangeliegezang over de zaaier (lied 764) er het eerste was en dat die breed stappende melodie van Frits Mehrtens, die ik toen zo graag zong, als vanzelf de nieuwe woorden tevoorschijn riep:

Gij hebt met uw brede gebaren
de mensen gestrooid uit uw hand ...’

In de melodie van Frits Mehrtens zijn inderdaad heel beeldend de ‘gebaren’ en het ‘strooien’ hoorbaar in de vele melismen (meerdere noten op één lettergreep) en ook fraai is in de tweede regel de dalende lijn bij ‘de mensen gestrooid in uw hand’, je ziet a.h.w. het neerdalen, het neerdwarrelen van het zaad.

Willem Barnard heeft zich vanaf de jaren vijftig van de vorige eeuw vrijwel dagelijks beziggehouden met het oude Romeins Missaal, het eenjarige leesrooster dat in de 16e eeuw aan de basis heeft gestaan van het Lutherse leesrooster. Veel liederen van Barnard ontstonden uit de omgang met het Romeins Missaal, liederen die dus ook binnen het Lutherse leesrooster als zondagslied als vanzelfsprekend een plaats konden vinden. In de laatste update van deze lijst in 2013 (na verschijnen van het nieuwe Liedboek) zijn er liefst 14 liederen van Barnard opgenomen in deze lijst. Veel lutherse predikanten maken bij de voorbereiding van hun kerkdiensten niet alleen dankbaar gebruik van het exegetische graaf- en spitwerk dat Willem Barnard in al die jaren heeft verricht, ook de liederen, perfect passend bij de lezingen, worden door Barnard als op een presenteerblaadje aangereikt. Een rijke bron dus voor de lutherse theologen en kerkmusici!

Hans Jansen